De inschatting van de waarheid is persoonlijk.

Denk zelf en durf te twijfelen

De ondraaglijke lichtheid van het bestaan

De boodschap van Eckhart Tolle, om je niet te identificeren met jouw ego en pijnlichaam en te accepteren wat er gebeurt, wordt door sommigen licht opgevat en door anderen zwaar. Hieronder twee filmpjes van YouTube van twee mensen die allebei naar een andere kant van dezelfde medaille hebben gekeken.

De eerste video is van Scott Kalechstein Grace met een Engelstalige humoristische uitleg over het ego op rijm.

De tweede video is van Marlen Vargas del Razo die ons herinnert dat er ook gebeurtenissen zijn waarin acceptatie niet zo gemakkelijk is, maar ons gevraagd wordt om verantwoordelijkheid te nemen.

Liefde is ...

LIEFDE


Heeft niets te maken met iemand anders.

Het is jouw zijnstoestand.

Liefde is niet een verhouding.

Een verhouding is mogelijk.

maar liefde is er niet toe beperkt.

Het staat er boven.

Het is meer dan dat.

Een mens wordt volwassen.

zodra hij begint lief te hebben in plaats van nodig te hebben.

Hij begint over te stromen met anderen te delen.

Hij gaat geven .

En als twee volwassen mensen elkaar liefhebben voltrekt zich één van de grootste paradoxen in het leven,

één van de mooiste verschijnselen.

Ze zijn samen en toch volkomen alleen.

Ze zijn bijna één

maar hun eenheid

vernietigt niet hun individualiteit

Osho (zie video).



Ester Perel: een erotisch paar kan zowel verbinding als vrijheid ervaren. ‘Fire needs air’. Het gaat hier om een paradox die je moet managen. De een heeft meer behoefte aan verbinding, de ander meer aan vrijheid. Maar de vrijheid, het los zijn van de ander is een essentiële voorwaarde voor de begeerte. Dit is de dialectiek; ‘attachment is a condition for separateness’.

Dansen in balans

Verbinden door taal of dans?

In Happinez nr 7 (2012) een interview met Lynne McTaggart.
McTaggart heeft een boek geschreven over 'Verbinding'. Ze roept op om je allereerst te verplaatsen in een ander en alzo te ontdekken dat er meer versies van de werkelijkheid zijn. Het gaat haar om de intentie om er voor anderen te willen zijn. Een beetje een valkuil van haar opvatting is dat je jouw schaduwkant negeert. Dan is de balans zoek.
In hetzelfde nummer een column van Tijn Touber, die wat meer balans brengt in het omgaan met positieve gedachten. Touber had al eens bij zijn spoedcursus 'Verlichting' geschreven:
“hoe meer liefde, compassie, wijsheid en stilte je verzamelt, hoe meer je in staat bent om haat, teleurstelling, afgunst, angst en vredeloosheid onder ogen te zien. Als er één ding is dat ik de afgelopen jaren heb geleerd, dan is het dat je niet naar het licht kunt als je je schaduw niet meeneemt – simpelweg omdat je nooit een heel mens zult zijn”.
In Happinez pleit hij voor een volgende stap in ontwikkeling: leven in de “tweeheid”, wat niet hetzelfde is als leven in de dualiteit. “Wie in tweeheid leeft, kan als een toeschouwer kijken naar de dualiteit zonder erin verstrikt te raken. Gedachten, emoties, ideeën en problemen worden gerelativeerd, waardoor je ze kunt omarmen en een plek kunt geven”.
Michel De Bodt schrijft "Nietzsche omschrijft mentale processen in termen van lichamelijke processen, en vice versa. Zo is de filosofie volgens hem een zelfbekentenis van het filosoferende lichaam, en het lichaam een groot verstand. Ook de taal heeft dus een lichamelijke oorsprong. Immanentie lijkt niet bereikt te kunnen worden door de taal doch wel door de dans. De taal en de dans verschillen van elkaar in die zin dat beiden een andere symbolische wereld representeren. De dans verschaft ons bewegingsbeelden, waardoor men het gevoel krijgt iets diepzinnigers te kunnen vatten dan met de taal, namelijk dat ons zelf participeert aan de dionysische wereld van het worden. De dans versterkt de menselijke band met het dionysische, met de aarde, omdat het in tegenstelling tot de taal, een participatieve activiteit is. LaMothe heeft erop gewezen dat de danser met de fysiologische aspecten van een betekenaar werkt, en niet met de gefixeerde semantische betekenis ervan, zoals men in de taal doet. Hierdoor zal de danser haar of zijn lichaam niet langer interpreteren als een ding, maar veeleer als een proces van het eigen worden. We kunnen dus concluderen dat de dans in een diepere relatie staat tot de grond van het leven dan de taal".
McTaggart: wordt je bewust van het veld waarin je leeft (bol.com).

Touber - spoedcursus verlichting (bol.com).

Wat bedoelde Dewey met de taal van de dans?

John Dewey had het over de taal van de dans in zijn boek "Art as Experience" uit 1934. Hij gebruikte deze term om te verwijzen naar het vermogen van dans om gevoelens en ideeën uit te drukken zonder dat daarbij woorden worden gebruikt. Volgens Dewey maakt de taal van de dans gebruik van het lichaam als instrument om betekenis over te brengen. In tegenstelling tot de verbale taal, die vaak wordt gebruikt om conceptuele ideeën uit te drukken, is de taal van de dans non-verbaal en kan het worden gebruikt om zowel emoties als ideeën uit te drukken.
Dewey zag dans als een kunstvorm die de menselijke ervaring weerspiegelt en uitdrukt. Hij geloofde dat dans een belangrijke rol kan spelen in het begrijpen van de menselijke ervaring en het vormen van menselijke gemeenschappen. Door middel van dans kunnen mensen zich verbinden met elkaar en met de wereld om hen heen op een manier die vaak moeilijk te bereiken is via woorden.

Macht en onmacht, wie betaalt en wie verdient?

Terugkijkend op 2011 zijn er veel nieuwsitems over machtswisseling en de economische crisis. Er werd in veel landen geprotesteerd tegen machtsmisbruik. In eigen land was er de kwestie van seksueel misbruik van kinderen door de R.K.-clerus in de jaren na de 2e Wereldoorlog. Er waren voorbeelden van onderdrukking van mensen door establishment, van vrouwen door mannen, van dieren door (religieuze) mensen, van kinderen door ouderen. Kortom, velen die machtig zijn, misbruikten hun macht om perverse doelen te bereiken.
De mens wil zich veilig voelen en vrij zijn. Macht en geld lijken daarvoor behulpzaam.
Macht is doel. Geld is middel. Vrijheid is uitgangspunt, middel en doel. Machtig zijn en veel geld verdienen lijkt de manier om vrijheid te realiseren.
De wereld beweegt in twee richtingen tegelijk. Er is de globalisering, waarbij bedrijven en organisaties zich grootschaliger en internationaler oriënteren om economisch te groeien. Als tegenbeweging gaan individuen zich lokaler organiseren om het leven op een menselijke maat beheersbaar te houden. De vrije markt lijkt wel lagere prijzen op te leveren, maar is dit wel op een eerlijke manier gebeurd?
Wanneer economische groei stagneert dan lopen veel mensen het risico dat zij hun schulden niet meer kunnen afbetalen. Veel mensen hebben op de pof gekocht, maar hun financiële situatie is door de economische crisis verzwakt. Zij komen in een neerwaartse spiraal.
De media spelen daarbij hun eigen rol: zij kunnen mensen en bewegingen maken en breken. De uitbraak van ziekten kan een hele sector ruïneren. Had de grootschalige groentesector uit hebzucht zichzelf door zich te richten op export te kwetsbaar gemaakt of is het domme pech? Waren de media niet te snel met paniekerige berichten?
Zijn bankiers te vertrouwen, zijn banken de steun van overheden en de belastingbetaler wel waard? Er wordt voor vele miljarden aan steun toegezegd om de economie te redden, maar een transparante analyse van het probleem dat de crisis veroorzaakte is nog niet gegeven. Moet de burger / kiezer dit pikken? Zijn er mensen die profiteren van de crisis en die anderen zand in de ogen strooien om te verhinderen dat hun fraude zichtbaar wordt?
Economen lijken de crisis zelf niet te kunnen doorgronden; experts spreken elkaar tegen of geven slechts de halve waarheid. Ze beweren dat het om vertrouwen gaat, maar wie is er nog te vertrouwen?
Politici lijden aan het zelfde euvel: zij lijken meer te gaan voor het eigen belang op korte termijn dan het algemeen belang op lange termijn.
Het is voor iedereen zaak om zelf na te denken en niet te vertrouwen op externe krachten. Die lijken te zijn verworden tot gewetenloze commerciële belangengroepen.
Het individu staat na de ontzuiling opnieuw voor de keuze met wie zich te verbinden in nieuwe structuren. Ten opzichte van het verleden is veranderd dat er niet meer één waarheid bestaat, maar dat meerdere waarheden naast elkaar bestaan. Wie niet en-en kan denken en zich houdt aan evenwaardigheid, die wordt vroeg of laat doelwit van spot of verzet. Terecht.
Het gaat erom tegenstellingen te overstijgen en om een positief doel te schetsen op weg naar evenwicht en balans. Zo kan de crisis worden omgezet in een kans. Maar aansprekende leiders zijn nog niet opgestaan. Mogelijk zijn die uit de tijd.

Losgemaakt van overtuiging en opnieuw verbonden

Willem Gobel is autodidact en hecht eraan alleen van kennis en inzicht uit te gaan die door persoonlijke ervaring ontwikkeld zijn.
Hij ziet de psychologische evolutie van de mens in de richting gaan van meer denken en handelen in termen van eenheid en liefde. Er zal een bewustzijnsverruiming plaats vinden zodat dualistische tegenstellingen zoals van goed en kwaad worden overstegen. Dit inzicht leidt tot verbondenheid met en verantwoordelijkheid voor alles wat leeft.

Voor het boek Spiritualiteit, vrijheid en engagement hadden Titus Rivas en Bert Stoop een interview met Willem. Hieronder een gedeelte over “overtuigingen”.

Ik houd binnenkort voor het eerst een lezing over "overtuigingen". Zolang mensen zich via overtuigingen op een standpunt laten vastleggen, houd je een belangenstrijd.
Het lijkt steeds chaotischer te worden in de wereld, overtuigingen duren steeds korter. Door informatie-overload zien mensen het overzicht niet meer. Mensen gaan zich vervolgens afsluiten. Ze worden weer teruggeworpen op zichzelf. In zichzelf zoeken ze een baken van rust. Alle mensen hebben een universele, tijdloze kern. Er zijn veel wegen die naar Rome leiden (en dan bedoel ik niet het Vaticaan), al dan niet via meditatie. Dit zelfinzicht leidt ook naar begrip van de ander. Wie je bent, je goddelijke kern, wie je altijd zult zijn.

Waarom raken we dat inzicht na de geboorte kwijt?
Goede vraag. Waarom vervreemden we van onze oorsprong? Wat is de zin van de afleidingen? Ik heb geen inzicht in de zin daarvan, wel een mening over de oorzaak. Volgens mij komt dat vooral doordat mensen hun hele jeugd lang een bepaald verhaal te horen krijgen, in de vorm van de opvoeding, het onderwijs, radio en tv en allerlei andere afleidingen. Zo raken ze geconditioneerd om in een maatschappij te kunnen functioneren, waarbij uiteindelijk taal een barrière vormt voor de directe ervaring en de werkelijkheid in een mentaal concept wordt vertaald. Uiteindelijk krijgt dit de vorm van een overtuiging en waar overtuigingen en spraakverwarring voor kunnen zorgen in deze wereld weten we maar al te goed. Als we naar het woord overtuiging kijken, zien we dat het samengesteld lijkt uit ‘over-’ en ‘tuigen’. Een overtuiging vormt eigenlijk een ‘tuig’ waardoor je gestuurd wordt. En als je je laat ‘overtuigen’ dan laat je je eigenlijk sturen door een ander zijn waarheid. Een oorspronkelijke spirituele ervaring of een visioen in het verleden zijn daarna door woorden geworden tot een vorm van religie. Zo zijn ze uiteindelijk weer een overtuiging geworden. Een ervaring zelf is eigenlijk nooit helemaal in woorden te vatten, woorden zitten eigenlijk alleen maar in de weg, maar wij kunnen in onze wereld nu eenmaal niet anders. Spirituele ervaringen zelf hebben altijd weer die universele boodschap gebracht, maar daarna is die tot een "isme" verworden. Een bepaalde elite denkt daardoor de waarheid in pacht te hebben en tot kort geleden liep de gemiddelde mens daar klakkeloos achteraan.

Ik denk dat je als ziel geboren wordt in deze wereld met een bepaalde mate van bewustzijn. Het is de bedoeling dat je je bewustzijn verder uitbreidt en daarvoor dient het lichaam. Zonder lichaam kun je in deze stoffelijke wereld niets beginnen en behalve dat we er ervaringen mee opdoen, is het lichaam ook het expressiemiddel van de geest. Je kunt je ermee uiten; het is zo lastig schilderen of muziek maken of wat dan ook zonder lichaam. Je kan ook zeggen: “als je je uit-drukt, maak je een zekere in-druk”.

Verder is het nu eenmaal zo dat we hier als gemiddelde westerling een baan nodig hebben, want alles kost iets: de huur, het gas en licht, kortom je levensonderhoud. Probeer hier dan maar eens een zeker spirituele vrijheid te ontwikkelen, terwijl je, wanneer je een yogi bent die in een klooster in de Himalaya zit, weinig afleiding hebt en ook geen zorgen over allerlei kosten; zelfs je eten wordt nog geregeld. Dan kan je ook veel gemakkelijker bij jezelf blijven.

Hoe zie je de toekomst?
Het verschijnsel Internet zorgt voor transparantie van informatie en de toename van informatie leidt tot emancipatie. Het heeft dus politieke gevolgen. Maar Internet zorgt ook voor een versnelde ontwikkeling van de wetenschap. Door de snelheid van informatieverspreiding zal er uiteindelijk ook geen elite meer kunnen zijn die bepaalde kennis geheim kan houden om zo een machtspositie op te bouwen. Mede door de versnelling van de ontwikkeling van de mens door internet en de onvoorstelbare hoeveelheid informatie die daardoor beschikbaar is, gaat de mens op zoek naar een rustpunt en dat is volgens mij een verinnerlijking van de mens. Die verinnerlijking zorgt ervoor dat een mens uiteindelijk uitkomt bij zijn diepste zelf en dat is goddelijk bewustzijn, ziel, geest, levenskracht of hoe je het ook maar noemen wil. Hij of zij ontdekt dan datgene wat voorbijgaat aan de wereld der relativiteit (het kader van tijd en ruimte) en verenigt alle tegenstellingen in zich waardoor er begrip en vrede zullen ontstaan. Eenheid zal dan de mens zijn deel worden en hij doorziet het spel der dualiteit (de wereld der tegenstellingen, bijvoorbeeld het goede en het slechte, enz.).

Kanttekeningen bij de vrije wil

In Filosofie Magazine van november 2010 een artikel van Marjan Slob over de vrije wil. Daarin de oplossing van Immanuel Kant voor de controverse tussen natuur en vrijheid. Volgens Kant zetelen we in beide werelden. In de natuur is de mens bepaald, maar zichzelf kan hij de wet opleggen.
Als zintuiglijke wezens zijn wij overgeleverd aan de wetten van oorzaak en gevolg. Maar we zijn ook denkende wezens, en in onze reflecties bestaat de vrije wil.

Het feit dat we veel (wel 95% volgens Ap Dijksterhuis in Het slimme onbewuste) onbewust doen, wil nog niet zeggen dat we onvrij zijn, aldus Marc Slors in hetzelfde magazine.



Ook de observatie dat milliseconden voor de handeling er al hersenactiviteit zichtbaar is op scans is geen bewijs voor het niet bestaan van de vrije wil. Het is een onderbouwing van de invloed van het onbewuste.
Slors haalt Frankfurt aan die stelt dat vrijheid is te begrijpen als een ervaring van harmonie of overeenstemming tussen de wensen, impulsen en verlangens die op alle niveaus in je leven spelen. Ook onbewust gedrag kan vrij zijn, wanneer het niet nodig is om op bewust niveau te interveniëren.
Het zelf is geen onvervreemdbare kern binnen ons, maar een levensproject, die vorm krijgt in de manier waarop je jezelf uitdrukt.

En die vorm kun je (her)kiezen uit vrije wil. Een mens is vrij om te veranderen, waarbij geldt "oefening baart kunst" en "training baart een nieuw ik".



Volgens Sloterdijk kunnen we ons leven veranderen door te oefenen, oefenen, oefenen.

De ruimte tussen en-en en noch dit, noch dat

Positieve en negatieve metafysica

Wie het wezenlijke van iets ongrijpbaars of metafysisch wil uitdrukken kan dit het beste te doen door duidelijk te maken dat er zowel sprake is van twee waarheden tegelijk als dat noch de ene ogenschijnlijke waarheid noch de andere waarheid van toepassing is.
Op deze wijze wordt als het ware de ruimte geschapen om het transcendente (wezenlijke, metafysische, idee, etc.) uit de verf te laten komen.
Eckhart Tolle verwoordt het mooi in deze video.

Op Wikipedia wordt dit fenomeen met dit voorbeeld uitgelegd. In Brhadaranyaka Upanishad wordt Yajnavalkya ondervraagd door zijn studenten om God te beschrijven. Hij zegt "het Goddelijke is dit niet en het is niet dat" (neti, neti). Zo is het Goddelijke niet echt, zoals wij zelf reëel zijn, noch is het onwerkelijk. Het goddelijke is niet woonachtig in de zin dat mensen leven, noch is hij dood. Het Goddelijke is geen mededogen zoals we gebruik maken van de term, noch is het onbarmhartig. En ga zo maar door. We kunnen God nooit echt definiëren in woorden. Alles wat we kunnen zeggen in feite is dat "Het is niet dit, maar ook, het is niet dat". Uiteindelijk is het de bedoeling dat de student de woorden overstijgt om de aard van het Goddelijke te begrijpen. Neti-neti is geen ontkenning. Integendeel, het is een bewering dat wanneer we proberen om vast te leggen in menselijke woorden wat het Goddelijke kan worden, we onvermijdelijk tekort schieten, want we zijn beperkt in het begrijpen, en woorden zijn beperkt om het transcendente uit te drukken. Eenzelfde redenering kun je doen voor de aard van je ware zelf of ware liefde. Let wel: dit is geen Godsbewijs of garantie dat ware liefde bestaat. Dat zal altijd een kwestie van geloven blijven. Het is een manier van omgaan met een paradoxaal gegeven. Hoe meer moeite je doet om het transcendente aan te tonen, des te meer blijft het verborgen. Vergelijk het met het pellen van een ui. Hoe meer je deze ontleedt, hoe minder er overblijft van de ui. De Madhyamaka geeft een logische analyse van uitspraken over 'de' werkelijkheid, en laat zien dat er geen metafysische uitspraken mogelijk zijn. Avijja, onwetendheid, bestaat uit het niet correct zien van deze grens van het weten, waardoor er gehechtheid ontstaat. Het juiste inzicht laat de leegte van alle verschijnselen zien. In de Griekse oudheid was men al op zoek naar het idee achter de vorm. Filosoof Plato gebruikte de weg van de hermeneutiek in de zin van trapsgewijze interpretatie: beginnen bij het laagste om zo langzaam op te bouwen richting het hoogste. Overigens is deze methode geen garantie dat een filosoof daadwerkelijk contact zal maken met de vormen. Zij bereidt de ziel alleen vóór op het contact. Maar er is een zekere x-factor die dan het contact werkelijk in gang zet en de anamnese (herinnering) tot leven brengt: een soort inspiratie, misschien wel iets goddelijks (bron Wikipedia). Het en-en denken komt op een productieve manier tot uitdrukking bij 'dialectiek', een term die gebruikt wordt voor het denken vanuit twee polen (de these en de antithese). De tegenstelling tussen these en antithese wordt opgeheven (letterlijk op een hoger plan gebracht) door de synthese.

Merk op dat in de benaderingen hierboven zowel sprake is van verdieping als van "op een hoger plan brengen". De methode is zowel "verbinden" als "open staan". De kunst is om beide manieren tot hun recht te laten komen.

Gevoel in harmonie met de rede maakt denken mogelijk

Antonio Damasio is een vooraanstaand Amerikaans hoogleraar neurologie. In zijn boek De vergissing van Descartes stelt Damasio dat emoties een noodzakelijke voorwaarde vormen om te kunnen denken. Zonder emoties is het onmogelijk rationeel te zijn.
Het was René Descartes (een Frans wiskundige en filosoof, levend van 1596-1650) die stelde dat lichaam en geest van elkaar gescheiden zijn en met elkaar in de pijnappelklier verbonden zijn. Dat geldt volgens Descartes alleen voor de mens en niet voor het dier. Die gedachte pakte desastreus uit voor dieren, die geen geest, maar nog erger: geen gevoel zouden hebben en alleen instinct- en reflexmatige reacties zouden laten zien. Daarmee heeft hij voor eeuwen de compassie van mensen met dieren op onethische afstand gezet.
Ook bij mensen zette de visie van Descartes (ik denk dus ik ben) de rede in een veel te dominante positie ten opzichte van gevoelens en emoties. Er is als het ware lange tijd geen gezonde balans meer geweest in die twee in het bepalen van de juiste keuzes.
Met het boek Ik voel dus ik ben stelt Damasio dat gevoelens de mens kunnen helpen om bij moeilijke beslissingen de 'knoop door te hakken'. Emoties zetten het lichaam op scherp en spelen een rol in het voorbereiden en uitvoeren van vlucht- of vechtreacties. Gevoel is daarbij als het ware de uitkijkpost van het lichaam.
Volgens Damasio maakte Descartes nog een tweede vergissing. Descartes ging ervan uit dat alle mentale activiteiten bewust verlopen en ontkende het bestaan van onbewuste processen. In de praktijk van alledag blijken bewuste processen echter een bijzonder kleine rol te spelen, vrijwel alle (volgens hersenwetenschappers 90-95%) beslissingen worden onbewust genomen.

invloed

Consultant besluitvormingsprocessen Huub Liefhebber: "intuïtieve beslissingen kunnen buitengewoon snel en accuraat zijn en lijken sterk afhankelijk van het ervaring- en kennisniveau van de beslisser. Schakers zijn een goed voorbeeld van intuïtieve beslissers. Het grote onderscheid tussen topschakers en amateurschakers ligt niet zozeer in hun vermogen om stellingen diep door te kunnen rekenen, maar veel meer met hun vermogen om in één oogopslag een stelling te kunnen evalueren. Deze stelling wordt vergeleken met de database van vele duizenden stellingen die een topschaker uit zijn hoofd kent. Al deze stellingen zijn gekoppeld aan een gevoel. Uiteindelijk wordt gekozen voor de zet die het beste gevoel oproept. Voor het effectief nemen van intuïtieve beslissingen blijken veel praktijkervaring en het volgen van trainingen om die te kunnen oefenen, noodzakelijk".

In een derde boek van Damasio Het gelijk van Spinoza onderschrijft hij de visie van Spinoza die een groot vertrouwen had in het redelijke van de mens, juist door gevoelens te benadrukken. Met zijn boeken probeert Damasio de balans en de harmonie tussen gevoel en verstand weer te herstellen.

Boeken van Antonio Damasio op bol.com.

De monnik als beoefenaar van paradoxen

Hein Stufkens (1947) is bekend als auteur van filosofisch-religieuze werken. In 2004 werd zijn boekje “Gelukkig zijn. De monnik als model” uitgegeven door Ankh-Hermes. In het boekje staan oefeningen in het leven met paradoxen. Volgens Stufkens denken wij in termen van uitsluiting, terwijl de wijsheidstradities denken in termen inclusiviteit: het is én het een én het ander. Hij roept op om zowel ons licht als onze schaduw te erkennen en te omarmen.
Op de weg van en naar je midden zijn goed en kwaad broeders van elkaar.
Zenmonniken zijn volgens Stufkens de meesters van de paradox. Ze beoefenen het doen-door-niet-doen, de wijsheid van niet-weten. Om de verlichting te bereiken mediteren ze urenlang zonder zich te richten op enig doel of zich te hechten aan enig resultaat.
In het boekje vier paradoxen.
  1. De paradox van de afgescheidenheid en de verbondenheid, van het alleen-zijn en het tegelijk leven in allerlei vormen van gemeenschap.
  2. De paradox van vrijheid en gehoorzaamheid, of van de liefde en de wet.
  3. De paradox dat we pas vinden wat ons leven tot een feest maakt wanneer we leren los te laten en wanneer we nergens op uit zijn.
  4. De paradox dat we moeten leren sterven om te leren leven.
Wanneer we de paradox toelaten worden we gaandeweg wijzer en minder eigenwijs. We verliezen de gehechtheid aan onze meningen en oordelen, we worden milder. We gaan zien dat tegenstrijdigheden naast elkaar kunnen bestaan.

Frédéric Lenoir schrijft in zijn boek Over geluk, een filosofische ontdekkingsreis het volgende. "De paradoxen van de taoïstische wijsheid zijn: een mens vindt zichzelf door zichzelf te vergeten, hij oefent invloed uit door af te zien van daden, hij komt tot wijsheid door weer kind te worden, hij wordt sterk door zijn zwakheden te accepteren, hij ontdekt de hemel door naar de aarde te kijken, en hij kan de dood rustig tegemoet zien door van het leven te houden".

Ik en mijn brein zijn bewustzijn

In zijn succesvolle boek “We zijn ons brein” schrijft hersenonderzoeker Dick Swaab onder meer over bijna-dood-ervaringen. Dit was vanaf 2007 het terrein van arts Pim van Lommel die het boek “Eindeloos bewustzijn” schreef.
Het boek van Swaab heeft heel wat mensen die hun heil zochten bij spiritualiteit en reïncarnatie doen inzien dat veel van wat door van Lommel wordt beweerd spiegelingen en projecties zouden kunnen zijn van onbewuste hersenactiviteiten.

Tussenstand Pim van Lommel -Dick Swaab 1 : 1.



Ook onderzoekster Susan Blackmore gelooft niet meer in reïncarnatie nadat zij een beroemde collega die onderzoek deed naar parapsychologie verdacht van vervalsing van data. Ze vindt het zelfs een geschift idee.



Dagblad Trouw besteedde in 2010 een aantal keren een opiniepagina aan de nieuwe inzichten met de volgende inleidende alinea:

Neurologen hebben de vrije wil dood verklaard.
Hersenwetenschappers zijn het stilaan eens: de vrije wil bestaat niet. Onze bewuste beslissingen zijn de uitkomst van onbewuste processen waarover we geen controle hebben. Het idee dat een bewust 'ik' aan de knoppen zit, is een illusie.

Tot zover Trouw.

Een antwoord op de hersenhype van Dick Swaab en Victor Lamme komt van Jan Derksen.
In Bevrijd de psychologie zet hij uiteen hoe hersenwetenschappers het goud in de hersenen zoeken in plaats van zich te richten op menselijke motieven, emoties en verlangens. 'Amateurbiologen' noemt hij de neuropsychologen die de psychologie reduceren tot de studie van observeerbaar gedrag en die het werken met emoties naar het alternatieve circuit laveren.
De praktijk van etikettenplakkerij, waarbij elk probleem tot een hersenstoornis wordt uitgeroepen, en het klakkeloos uitdelen van pillen moet een halt worden toegeroepen. Derksen stelt dat er geen oog meer is voor de kwetsbare persoonlijkheid van iemand met ernstige klachten of ambivalente gevoelens.

Tot zover Derksen.

Er zijn ook mensen met spirituele belangstelling die de bevindingen van Swaab en de twijfels over de vrije wil verwelkomen en integreren met hun visie, schijnbaar vanuit de gedachte “hoe minder vrije wil, des te gemakkelijker is de eenheid van bewustzijn met een ander te zien”.
Een voorbeeld is de website A-dvaita, die de artikelenreeks uit Trouw gelinked heeft.

Over de site.

Non-dualiteit

Veel mensen denken dat ze een individu zijn met een vrije wil, dat ze het leven moeten controleren en de juiste keuzes moeten zien te maken.
De non-dualiteit zet deze zienswijze volledig op z'n kop. Zowel onze vrije wil als onze individualiteit zijn denkbeeldig. Non-dualiteit, ofwel a-dvaita, betekent geen-twee. Alles is één bewustzijn en dit ene bewustzijn (dat wij zijn) speelt hier in het universum een spel en bestuurt daarbij alles, het water, de planten en bomen, de dieren en ook de mensen.

Op de site een interview met Frank Jespers, godsdienstwetenschapper aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en auteur van “Nieuwe religiositeit in Nederland”. Een citaat:
Nieuwe spiritualiteit omvat vele andere stromingen: nieuw heidendom (neopaganisme), esoterische bewegingen zoals theosofie en gnostiek, nieuwe volksreligie zoals spiritisme en waarzeggerij, en allerhande alternatieve geneeswijzen.

In deze vormen van nieuwe spiritualiteit speelt de wil een veel minder dominante rol, zegt Frans Jespers. "Het wereldbeeld is holistisch. De mens is deel van een groter geheel en heeft als nietig wezen rekening te houden met geesten, goden en natuurkrachten".
Het geloof in voorbestemming leeft sterk in deze kringen, aldus Jespers. "De wereld verloopt volgens een vastgesteld plan. Je moet je schikken naar wat er voor je is weggelegd. Inzicht verkrijgen in je levensweg: dát is spirituele groei”.



Tot zover Jespers.

Marc Slors is hoogleraar cognitiefilosofie en hield een voordracht voor Studium Generale in Groningen met als titel "Afscheid van de vrije wil? Dat had je gedacht!".

Tenslotte hersenonderzoeker Antonio Damasio.
"Veel van wat wij 'vrije wil' noemen, komt neer op ons vermogen om nee te zeggen tegen dat wat ons biologische zelf wil”.

Deze inzichten maken mij bescheiden. De mens is als het ware van rol gewisseld van actor naar een toeschouwer op de tribune van de wedstrijd tussen het bewuste en het onbewuste.
Dit speelt ook in de gedachte van Eckhart Tolle: de mens heeft er een rol bij gekregen, namelijk van observator. En al die taken kunnen simultaan en tegelijkertijd (in het nu) worden uitgevoerd.

Vrijheid en onvrijheid in het boerkaverbod

Regeringspartijen VVD en CDA en gedoogpartner PVV vallen over de aankondiging van korpschef Bernard Welten, dat hij het verbod op het dragen van een boerka niet gaat handhaven.
Welten liet weten dat hij het boerkaverbod een ''buitengewoon complex dilemma'' vindt. ''Ik denk dat de vrouw zal worden aangesproken op het feit dat ze een boerka draagt. Ik geloof er niet in dat wij vrouwen, ervan uitgaand dat het een vrouw is want dat kun je niet zien, gaan arresteren''.
"Ik voel me niet altijd een instrument van de overheid dat onmiddellijk doet wat er gevraagd wordt. Ik gebruik mijn verstand nog steeds".
Volgens Welten is sprake van een 'buitengewoon complex dilemma'. Hij wees erop dat de politie er is om vrijheid, gelijkheid en rechtvaardigheid te waarborgen.
In Nederland kennen we de zogenaamde trias politica, met een horizontale machtenscheiding.

Vrij naar Wikipedia.

Met machtenscheiding bedoelt men een verdeling van de macht in wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht, die nooit bij één en dezelfde persoon of instantie mogen berusten.
  1. De wetgevende macht.
    In Nederland zijn dat de Staten Generaal (Eerste en Tweede kamer) en de regering, bestaat uit de koningin en de ministers.
  2. De uitvoerende macht.
    In de meest zuivere vorm van machtenspreiding heeft het parlement de bevoegdheid om wetten vast te stellen, maar worden de uitvoering en handhaving daarvan (bijvoorbeeld door de politie) overgelaten aan de regering. Het parlement treedt op als controleur van de uitvoerende macht.
  3. De rechterlijke macht: de rechters.
    De machten hebben ieder hun eigen bevoegdheden en hebben ieder hun eigen zelfstandigheid. Bovendien is er geen macht die hiërarchisch duidelijk boven de andere machten staat. Al deze machten afzonderlijk hebben ten opzichte van elkaar en ten opzichte van de burger verantwoordelijkheden door middel van ingebouwde controlemechanismen.
De uitvoerende macht is verantwoording schuldig aan de wetgevende macht, de wetgevende macht is vervolgens verantwoording verschuldigd aan de burgers. De burgers hebben invloed op de wetgevende macht door middel van verkiezingen.
De rechterlijke macht controleert vervolgens de uitvoering van wetten en regelgeving, en arbitreert bij conflicten tussen de machten. De rechterlijke macht zelf zou volgens de grondprincipes van de Trias kunnen worden gecontroleerd door middel van openbaarheid van zittingen, openbaarheid van uitspraken, goed klachtrecht en zicht op belangenverstrengeling (nevenfunctieregisters), maar in de praktijk wordt de rechterlijke macht gecontroleerd door de uitvoerende macht die rechterlijke macht organiseert, de nodige infrastructuur en middelen ter beschikking stelt.
Tot zover Wikipedia.

Korpschef Welten heeft dus figuurlijk meerdere petten. Hij is mens, leidinggevende en functionaris. In al die hoedanigheden wil hij de vrijheid van de mens waarborgen dus ook van de boerkadrager. Het dragen van een boerka heeft een aspect van vrijheid en van onvrijheid voor zowel de drager als voor de omgeving. Mensen in Nederland zijn vrij om zich te kleden zoals zij willen. Vrouwen in boerka willen zich alzo vrijwaren van mannelijke aandacht, maar trekken door de uitzondering van de dracht alle aandacht. Omdat niet gemakkelijk is vast te stellen of de drager een man of een vrouw is (identificatie), is in verdachte omstandigheden moeilijk te bepalen of de drager goedschiks of kwaadschiks is. Verder zijn veel rechtgeaarde Nederlanders van mening dat het voorschrijven door een religieuze instituten van bepaalde kleding strijdig is met de menselijke behoefte aan vrijheid en gelijkheid.
Het dilemma voor een politieagent is dus of hij de vrijheid van de boerkadrager het beste dient door de wet te handhaven dat het zou kunnen verbieden om een boerka te dragen of door de drager met rust te laten.
Welten kiest voor de vlucht vooruit door de discussie te starten en aan te kondigen dat hij onder de wet handhaven niet verstaat om boerkadragers te arresteren maar hen door zijn dienders hoogstens aan te laten spreken. En daarmee blijft Welten binnen de vrije grenzen van zijn functie want een politieagent kan kiezen of hij een wetsovertreder aanspreekt, beboet of arresteert. Ook houdt hij het gesprek tussen culturen op gang, tenzij dit niet op gelijkwaardige toon wordt gevoerd. En daarbij ligt de verantwoordelijkheid bij twee partijen in uniform (boerka en politiepak).

N.B. Ook het dragen van bivakmuts en integraalhelm valt het onder boerkaverbod.

Het zien van De Waarheid

Kunnen waarheden samen 1 waarheid vormen?


Het besef dat meerdere, elkaar uitsluitende inzichten tegelijkertijd waar kunnen zijn, is essentieel voor het boeddhisme. Is één van die inzichten de ware? Of zien we net zoals in de grot van Plato alleen de afspiegeling van inzichten, waarheden en objecten. We zien volgens Plato, met de rug gezeten naar de oorsprong, als het ware de projectie daarvan op de wand en niet het origineel. De werkelijkheid zelf zou ongrijpbaar, vaag, niet in woorden te vatten en in verandering zijn. En zou iemand ons vertellen dat hij wel in die werkelijkheid is geweest, zouden we hem dan geloven?
Of De Waarheid wel of niet bestaat is in principe een oneindige discussie. Aan de hand van een simpel voorbeeld is aannemelijk te maken dat verschillende waarnemingen naast elkaar kunnen bestaan en dat de enig mogelijke interpretatie onwaarschijnlijk is.
Kubussen


In de tekening hiernaast zijn zwarte cirkels getekend met daarin drie verbonden witte lijnen. Het is geen geheim dat we er kubussen in kunnen zien en wel minstens vier. Twee kubussen voor een denkbeeldig scherm met gaten en twee erachter en daarbovenop kubussen waarvan de ribben door de “gaten” gaan. Geen enkele kubus is volledig getekend. We projecteren deze ontbrekende delen op het vlak.

Zo is het ook met de waarheid. We voelen ons mogelijk uitgedaagd om de enige, echte waarheid te zien en te pakken. Maar het is niet ondenkbaar dat deze wens een overblijfsel is van een cultuur die bezig is te verdwijnen. Nog in de decennia na de Tweede Wereldoorlog was ons land verzuild. Elke zuil (katholiek, protestant, niet-kerkelijk, etc.) pretendeerde de ware zuil te zijn. Pas gaandeweg de zestiger en zeventiger jaren is die pretentie losgelaten. Gastarbeiders brachten andere culturen en religies mee en we zijn langzamerhand gewend geraakt dat ook buitenstaanders gelijk zouden kunnen hebben.
Filosofisch gezien zou je kunnen zeggen: binnen onze zuilen waren we overtuigd van een eenheid. Vervolgens hebben we de opvattingen van andere zuilen verenigd en nu zijn we bezig buitenlandse invloeden te integreren. Er wordt eenheid in verscheidenheid gezocht. We hebben losgelaten dat er één manier is om eenheid te beleven, we kunnen ook eenheid vinden in tweeheid of in veelheid. Dit is een vorm van zogenaamde “non-dualiteit”. Non-dualiteit is eenheid in tweeheid, het buitengewone in het gewone.
Deze verschuiving heeft voordelen en nadelen. Het relativeren van het eigen gelijk creëert ruimte om het beste te vinden in twee werelden. Je krijgt dan uitspraken als “Alles is God is Liefde”.
Liefde zegt "Ik ben alles". Wijsheid zegt "Ik ben niets".
Een nadeel kan zijn dat we meer onverschillig worden voor het vinden van de waarheid.
Het zou mooi zijn wanneer we blijven streven om de combinatie van de partiële waarheden te zien als these en antithese, die we kunnen samenvoegen tot een hogere vorm van waarheid, zoals in de dialectiek.

We leven in een cultuur waarin we er soms met schade en schande achter komen dat niet alles wat ons wordt voorgehouden waar is, maar zuiver en alleen is gemotiveerd om ons geld uit de zakken te kloppen. Die trieste constatering geldt helaas al tijden ook voor spirituele of religieuze organisaties. Wie is nog betrouwbaar? Zoals altijd moeten we het antwoord eerst en vooral bij ons zelf zoeken. Zijn we zelf wel betrouwbaar?

Ruimte

Hoe je het ook bekijkt, het accepteren dat er meer dan één waarheden tegelijkertijd naast elkaar kunnen bestaan schept ruimte.
In het tijdschrift InZicht bespreekt Raf Pype het eerste deel van de nieuwe trilogie van Robert Hartzema "De ruimte van gewaarzijn".



Ook het eerste deel bestaat zelf uit drie delen. Pype:
Deel twee van het boek gaat een stap verder, waar het gaat over het beleven van de 'tussenruimte' (het 'bardo' van de Tibetanen). "De werkelijkheid is eigenlijk een gatenkaas, vol met openingen en tussenruimten die zicht bieden op een verscheidenheid van andere dimensies van Zijn". In dit boek gaat het dan voornamelijk over de ruimte tussen twee gedachten en de bewustwording dat gedachten niet als een ketting aan elkaar hangen, maar gescheiden worden door tussenruimten die nieuwe mogelijkheden scheppen - mogelijkheden om los te komen van de enorme zuigkracht van onze gedachten en de daarmee samenhangende "superluchtbel van het ik". Deze ruimten dringen veel verder in ons door dan de dualistische ruimten, die altijd in tegenstelling staan tot iets anders.
Dat het zich openstellen voor deze diepere ruimten ook angst kan oproepen is aannemelijk. De meest diepliggende angst, die voor de volstrekte leegte, voor het niet-zijn of de dood, kan niet zomaar opzij worden gezet. "Alleen wanneer je op dit moment de directheid van het ervaren vanuit het nu-dood-zijn ervaart, zie je het heden in het juiste licht. De rest is zelfbedrog". (p. 272) In deel drie komen we dan uiteindelijk bij de Ruimte van het gewaarzijn - de Ruimte met hoofdletter. Deze allesomvattende dimensie van ruimtelijkheid heeft geen kenmerken en kan geen 'ervaring' zijn, maar wordt geleidelijk aan steeds meer zichtbaar.
Tot zover Raf Pype.

Het is een fascinerend idee dat er minstens evenveel potentiële waarheid schuilt in de ruimte tussen twee gedachten als in de gedachten zelf. Misschien simpeler gesteld: wanneer we ons open stellen voor het leren kennen van de waarheid die niet gestoeld is op onze eigen gedachten, zou dat wat we dan zien wel eens meer waar kunnen zijn dan wat we leggen in onze eigen projectie, gebaseerd op een vooroordeel.

Even belangrijk als wat er is, is dat wat er niet is. Het zijn de gaten, tunnels, holen, stiltes en leegte die het leven kleur geven. Als je een donut koopt, koop je dan ook het gat? Leven we in het binnenste van een zwart gat? Hoe zit het met de gaten in emmentaler kaas? Wat deden The Beatles met de gaten in toonladders in Fixing a hole?



Gaten, leegte en stiltes zijn de bron van diepe inzichten, slap geouwehoer en filosofische paradoxen. Maar boven alles bieden ze openingen. Of het nu een brievenbus is, een witregel in een gedicht, de break in een dansplaat of het gevoel van leegte wanneer je iets of iemand hebt verloren.

Negatieve metafysica

Roy Sorensen is professor in de filosofie aan de Washington universiteit in St. Louis. Sorensen noemt zichzelf een apostel van ‘de negatieve metafysica’. Hij denkt na over de dingen die er niet zijn, maar ook wel zijn, zoals gaten, stiltes, schaduwen, getallen, ideeën en de menselijke ziel; metafysische amfibieën die met één been op de vaste grond staan van het gezonde verstand en met het andere been in het troebele water van het niet-zijn.


In plaats van te proberen de aard van het universum te begrijpen door middel van positieve verklaringen en bevestigende concepten, focust negatieve metafysica zich op het verwijderen van beperkende en verwarrende concepten om een meer directe en onmiddellijke ervaring van de werkelijkheid mogelijk te maken.
Een bekend voorbeeld van negatieve metafysica is de theorie van apofatische theologie, die in de mystieke en esoterische tradities van vele religies voorkomt. Deze theorie benadrukt dat God niet kan worden begrepen of omschreven door positieve eigenschappen, zoals macht, kennis of goedheid, maar alleen door middel van negatieve beschrijvingen, zoals 'niet te bevatten' of 'niet beperkt'.
Negatieve metafysica wordt vaak in verband gebracht met filosofische tradities zoals het boeddhisme en het taoïsme, waarin het belang wordt benadrukt van het overwinnen van dualistische concepten om een directe en intuïtieve ervaring van de werkelijkheid te bereiken.

Niets doen of niet doen?

Joke J. Hermsen schreef voor De maand van de spiritualiteit het essay “Windstilte van de ziel”.
In dat essay haalt zij Simone Weil aan, die “De geschonden Ziel” schreef.

Net als de Grieken achtte Weil het belangrijkste doel dat een mens na kan streven het zorg dragen voor de ziel, dat zij omschreef als `het bouwen van een architectuur in de ziel'. Ze bedoelde hiermee niet alleen dat de ziel verdiept en ontwikkeld moet worden maar ook dat er een geometrische figuur in aangebracht moet worden, die het evenwicht of equilibrium tussen het lichamelijke en het geestelijke, het bewuste en het onbewuste, het ik en het zelf ondersteunt. Equilibrium is een ander kernbegrip uit Weils denken, waarbij zij zich liet leiden door Pythagoras die dit evenwicht tussen tegengestelden als de hoogst denkbare `harmonie' karakteriseerde. Het ging Weil dus niet zozeer om een keuze voor de ene of de andere pool van een tegenstelling maar om deze zo op elkaar af te stemmen dat ze in evenwicht (balans) zijn. Dat heb ik altijd een van de meest fascinerende aspecten van haar denken gevonden. De architectuur van haar denken is op dit equilibrium gericht, dus op de harmoniserende beweging die tegengestelde polen als ik en zelf met elkaar in evenwicht brengt. Zodra de mens slechts één kant van de tegenstelling opzoekt, gaat het mis, want dan raakt zijn ziel uit evenwicht.

De loutering van de ziel krijgt bij Weil de vorm van het wachten. Wachten in de zin van stilstaan, niets doen, aandachtig kijken en luisteren. `Alle kunst is wachten', schrijft ze, `en ook het ontvangen van inspiratie is wachten'. Wachten is de basis van zowel het creatieve als het spirituele leven. Wachten -in het Frans attendre- en aandacht -attention- liggen volgens Weil niet alleen grammaticaal in elkaars verlengde. Het wachten is de voorwaarde met aandacht naar de wereld, naar jezelf en naar de ander te kunnen kijken. Niet om in een eeuwige lethargie te vervallen, maar als de noodzakelijke tegenhanger van activiteit, ambitie en prestatie, om zo gezamenlijk het mentale evenwicht van de mens te bewaken. `Wachten is het transformeren van tijd in eeuwigheid', schrijft Simone Weil. In het wachten komen we tot een werkelijke aandacht voor de wereld, omdat we tijdens het wachten leeggemaakt worden van onze begrensde en van anderen afgescheiden ik-identiteit, die doorgaans als een obstakel tussen ons en de wereld in staat. In het wachten worden we als het ware veronpersoonlijkt, want ontdaan van de ego-gerichtheid van onze identiteit; daarom ervaren we dat wachten soms ook als bedreigend of onprettig, omdat we de belangen en ambities van ons ik moeten opgeven. Nietzsche beschreef dit wachten als de `onaangename' windstilte van de ziel, omdat dit leeg scheppen het verlies van verworven zekerheden betekent. Maar pas na het wachten kan volgens Weil de verhouding tussen ik en zelf hersteld en verdiept worden.

Tot zover Joke Hermsen met haar citaat van Simone Weil.

De grote vraag die in dit stuk naar voren komt is of Weil oproept tot “niets doen” of het Taoïstische “niet doen”. Eén letter kan een wereld van verschil maken. Welk nut heeft een leven van niets doen, terwijl het evenwicht dat de wereld kan redden bestaat uit louter niet doen: niet overconsumeren, niet zwijgen, niet over de grens van jezelf of een ander gaan, et cetera, et cetera.


Topsporters als afschrikwekkend voorbeeld voor lastige jongeren

FourstaR is een Utrechtse organisatie die lastige jongeren aan het werk probeert te krijgen.
In de Volkskrant van 18 november een impressie van de onmogelijkheid om dat doel op een gemakkelijke manier te bereiken.
“Je hebt soms meer tijd nodig om tot resultaten te komen. Je moet de confrontatie aangaan. Het eerste waaraan wij bij jongeren willen werken, is gedragsverandering. Als wij hier rolmodellen, bijvoorbeeld topsporters, laten uitleggen hoeveel inspanning ze hebben moeten doen om hun doel te bereiken, luisteren ze vaak wel ademloos”.
Tot zover de Volkskrant.

Het is natuurlijk de grote vraag of dit ademloos luisteren een voorteken is van gedragsverandering of juist averechts van ongewenste gedragsbestendiging. Het lijkt voor de hand te liggen om een topsporter een voorbeeld voor anderen te noemen, maar de enorme hoeveelheid inspanning die nodig is om topsporter te worden is bijna bovenmenselijk. En bovenmenselijk zijn er maar weinig. Effectiever zou het zijn om “middelmatige” burgers als voorbeeld te stellen, op voorwaarde dat die mensen wel gelukkig zijn. Want bereikbaar plezier is motiverender dan onbereikbare prestaties. Het voor de hand liggende alternatief om dat plezier op een gemakkelijke manier te bereiken is drugsgebruik. En dat is nu juist waar organisaties als FourstaR niet naartoe willen.



Misschien kan de drugsgebruikende topsporter Yuri van Gelder de Utrechters een hart onder de riem steken met de boodschap dat je met te veel ambitie ook niet gelukkig kunt worden.
Het is belangrijk om jongeren te leren dat succes op verschillende manieren kan worden gedefinieerd en dat niet iedereen een topsporter hoeft te zijn om een zinvol en bevredigend leven te leiden. Middelmatige personen kunnen ook zeer inspirerend zijn, omdat ze laten zien dat het mogelijk is om een gelukkig en betekenisvol leven te leiden zonder buitengewone prestaties te leveren. Het belangrijkste is om jongeren aan te moedigen om hun eigen interesses te volgen en hun eigen definitie van succes te ontdekken, in plaats van te proberen zichzelf te vergelijken met anderen.

De derde weg in leiderschap

In Management Scope een interview met Fons Trompenaars over de derde weg in leiderschap.

Een paar citaten.
Een goede leider is dienstbaar en weet belangen te verbinden op een hoger niveau, vindt Fons Trompenaars. Volgens de internationaal erkende leiderschapsdeskundige gaat het om de balans. "Het is niet óf voorzichtigheid óf lef, het gaat om het samenbrengen van beide".

Wat is volgens u de kern van leiderschap?
"De kern van leiderschap is het kennen en erkennen van verschillende gezichtspunten en die samenbrengen op een hoger niveau. Dat dit de kern is hebben we wetenschappelijk aangetoond met veel onderzoek. Het gaat om reconciling dilemma's - sorry voor het Engels, maar het is moeilijk te vertalen. Het is niet echt het gebruikelijke ‘verzoenen', want dat wil zeggen dat jij een mening hebt, en ik een andere mening en dat we er dan zo'n beetje tussenin gaan zitten. Reconciling is: samenbrengen op een hoger niveau.

Gelooft u in een nieuwe vorm van leiderschap? Een leider die meer verantwoordelijkheid neemt, rekenschap aflegt en zowel kijkt naar de lange als korte termijn?
"We zijn in het verleden van overdrijving naar overdrijving gegaan. Het begon met scientific management, waarbij alles draaide om efficiency. Daarna werd het opeens human relations en stond de mens centraal. Toen kwam het klantmodel, dat ging ook over de kop, en lag de focus op de aandeelhouder. En nu is het society. Waar het om gaat, en dat is tevens de essentie van leiderschap: hoe ga je om met de spanningsvelden - zo je wilt dilemma's - tussen de stakeholders? Als je het goed doet, kom je tot een integratie die de waarde voor de toekomst uitdrukt. Datzelfde principe geldt ook voor het korte of lange termijndenken. Als je alleen maar bezig bent met de lange termijn, ben je een visionair, maar gebeurt er niets. Daarmee zeg ik niet dat visionair zijn niet belangrijk is, maar er bestaat geen langere termijn zonder korte termijn en vice versa. Het gaat om de verbinding tussen die twee".

Tot zover de citaten uit Management Scope.

Trompenaars heeft zijn columns voor Het Financiële Dagblad gebundeld in het boek “Managementdilemma's”.
De rode lijn die door alle columns loopt is dat managers in toenemende mate met schijnbaar tegengestelde waarden of dilemma's te maken krijgen.
Wat voor dilemma's moeten leiders onder ogen zien? Je moet als leider inspireren en toch ook luisteren. Je zal moeten beslissen en toch ook delegeren, je organisatie internationaliseren en centraliseren maar ook oog hebben voor lokale verantwoordelijkheden. Je behoort boven de materie te staan en tegelijkertijd gepassioneerd één te zijn met de missie van het geheel.
In dit boek beschrijft Trompenaars hoe de top van het internationale bedrijfsleven deze dilemma's formuleert en probeert op te lossen. Alle relevante aspecten van het huidige organisatie-denken beschouwt hij kritisch en menige heilige huisjes, zoals het gedachtegoed van Hofstede en Myers-Briggs, worden afgebroken. Trompenaars reikt alternatieve manieren aan om met dilemma's om te gaan en deze te integreren op een hoger plan.
Alle boeken van Fons Trompenaars (bol.com).

En-en denken en fuzzy logic

Er is in onze maatschappij al tientallen jaren een ontwikkeling van het precies willen weten naar ongeveer willen weten. Met name op scholen is de instelling: je hoeft niet alles te weten, het is al goed dat je het antwoord op jouw vragen kunt vinden. Vooral door Internet kan iedereen gemakkelijk een vraag stellen en snel een antwoord vinden. De kunst blijft wel reëel te blijven oordelen of het gevonden antwoord betrouwbaar is of minder. Parallel aan deze ontwikkeling in ons grondhouding tegenover de waarheid is die ontwikkeling er in de techniek. Een veel gebruikt voorbeeld is de bediening van een wasmachine. Niemand weet precies wat de beste instelling van een wasprogramma is, maar iedereen zal genoegen nemen met een was die schoon genoeg uit de machine komt. We willen niet te lang hoeven nadenken over het programmeren van een wasmachine. De techniek van het ongeveer goed instellen van een wasmachine wordt fuzzy logic genoemd.
Fuzzy logic is een wiskundige techniek die een alternatief biedt voor binaire logica, waarbij de waarden gradueel kunnen zijn en er dus meer dan twee opties mogelijk zijn. Fuzzy logic is daarmee gerelateerd aan het "en-en" denken, omdat het rekening houdt met de nuance en complexiteit van de werkelijkheid.

Wikipedia zegt over fuzzy logic het volgende.
Fuzzy logic (soms vage logica of wollige logica genoemd) is een stroming binnen de logica. Zij kan gezien worden als een uitbreiding van Booleaanse (boolean) logica. Het principe uit de Booleaanse logica dat iets of waar of onwaar is, wordt losgelaten; het is dus een vorm van meerwaardige logica. In plaats daarvan worden er waarheidswaarden gebruikt tussen 0 (onwaar) en 1 (waar) in. Het discrete karakter van de traditionele logica wordt hiermee ook losgelaten, iets kan bijvoorbeeld voor 1/3 waar zijn. Of 'een beetje' waar. Het Engelse woord fuzzy betekent wazig, wollig.
Tot zover Wikipedia.

De hang naar gemak, die overduidelijk het westerse deel van mensheid kenmerkt, heeft te maken met de hoge eisen waarmee we in het dagelijkse leven te maken hebben. Het is wijs om te weten wanneer je perfectie moet vermijden. We willen thuis niet te veel tijd kwijt zijn met het huishouden. We kopen gemakkelijke huishoudelijke apparatuur en voorgesneden groenten. Vlees of vleesvervangers kosten weinig tijd om te bereiden en smaken ongeveer goed. Of het verantwoord is, laten we over aan het oordeel van de overheid, die we steeds minder middelen geven om tot een verantwoord oordeel te komen.

Ook de media worden (uit geldgebrek) gemakzuchtiger: in alle kranten is te lezen dat persberichten klakkeloos worden overgenomen. Wie controleert nog het waarheidsgehalte van berichten? Een positief gevolg van deze onverschilligheid is dat dat leraren het steeds meer als hun verantwoordelijkheid zien om kinderen een kritische grondhouding aan te leren tegenover wat ze te zien en te lezen krijgen.

Zelfs in het politieke besluit om de politie meer vrijheden te geven kun je die wens naar “ongeveer goed” zien. De politiek mag meer preventief fouilleren. Daarmee worden wapens uit handen genomen om misdrijven te begaan, maar er wordt een onzekerheid geïntroduceerd of de politiemensen die grotere vrijheid wel verantwoordelijk hanteren.
Die laatste woorden vormen de slogan van het nieuw te vormen kabinet van Rutte en Verhagen met Wilders als toeschouwer: “vrijheid en verantwoordelijkheid”.
Het is een teken des tijds dat we moeten switchen van of/of denken naar én/én denken. Het volk krijgt de bestuurders die het verdient. Blijkbaar zijn we er aan toe om de uitdaging een stap verder te nemen om zowel onze vrijheden waard te zijn als onze verantwoordelijkheid te nemen.

Of is het oude wijn in nieuwe zakken? De spanning tussen vrijheid en verantwoordelijkheid is zo oud als de menselijke beschaving. Blijkbaar moeten we dat wiel telkens opnieuw uitvinden.

Hoe kan een (on)rechtvaardige God bestaan?

Veel mensen kunnen het idee dat God en de onrechtvaardigheid in de wereld tegelijkertijd zouden bestaan niet met elkaar rijmen. Hoe kan het dat een God toelaat dat er zoveel ellende is in de wereld? Omdat God niet ingrijpt is dat voor hen een bewijs dat God niet bestaat. Anderen worden bang bij het idee dat onrecht onbestraft zou blijven en wringen zich in allerlei bochten om de hand van een straffende God toch te kunnen zien.

In de bijbel (Genesis) staat dat de mens geschapen is naar het beeld van God. Sceptici betogen dat de mens zichzelf een God heeft geschapen naar zijn eigen wens- of mensbeeld. Wie gelijk heeft, is geen zaak van het volgen van een rationele redenering. Het heet niet voor niets “geloof”. Wel kan het inzichtelijk zijn om eens te kijken of het allemaal wel zo logisch is (zie 1 en 2) hoe er tegen de schepping en het bestaan van onrechtvaardigheid wordt aangekeken.

Het helpt om je te realiseren dat we ongemerkt uitgaan van een tweedeling tussen God en zijn schepping (1). We zouden dan aan de ene kant een schepper hebben en aan de andere kant een schepping. Vergelijk het met een kunstenaar die een beeld maakt. De kunstenaar kan aan het beeld werken en op een gegeven moment besluiten dat het af is. De kijker kan vervolgens een oordeel hebben over dat beeld en van mening zijn dat de kunstenaar zijn werk wel of niet goed gedaan heeft. Hij kan de kunstenaar aanspreken en zeggen dat hij het over of anders moet doen. Dat is ongeveer het beeld dat we van God hebben. God en de kunstenaar zijn uiteraard niet verplicht om te reageren.

Je komt er met woorden en gedachten alleen niet uit. Vandaar ook dat meditatie in stilte verloopt. Het is als het ware de kunst om woordeloos en gedachteloos te observeren en te ervaren wat in jouw bewustzijn binnenkomt. Net als met de borstkas, waar de adem in- en uitgaat, heeft alles in de natuur een op- en neergang. De opgang is niet beter dan de neergang. Het is een eeuwigdurende afwisseling die ook ’s nachts zonder inspanning doorgaat. Het helpt om een grondhouding te hebben van accepteren wat je overkomt. Natuurlijk zijn emoties logisch en moet je niet over je heen laten lopen, maar het onvermijdelijke valt niet te vermijden.
Stel nu dat God en de schepping (wij) niet van elkaar te onderscheiden zijn. God is de schepping. Dat we zelf een begin en een eind hebben (2) maakt dat we verwachten dat een schepping of natuur ook een begin en een eind heeft. Ook de natuur is, maar, paradoxaal, tegelijkertijd wordt.
Panta rhei, een belangrijk deel van de permanente verandering, flow en stroming is herhaling, o.k., maar er is hopelijk ook vooruitgang. De mens probeert natuurlijk te leven maar ook om de natuur te bedwingen en haar grenzen te stellen. We proberen haar processen te begrijpen en naar onze hand te zetten. We helpen de evolutie en de cultuur een handje, want we willen niet afhankelijk zijn en we willen comfortabel leven. Met het overnemen van de regie worden we steeds meer verantwoordelijk, minder natuurlijk en de vraag, of God bestaat, verdwijnt naar de achtergrond.
Het is aan jou om wat je aan vormen en processen in de wereld ziet aan God toe te schrijven of agnost te zijn of ongelovig te blijven. Dat is jouw vrijheid en een onderdeel daarvan is dat vrijheid zo begrepen moet worden dat het goede en het slechte slechts bestaan in de ogen van de mens. De mens kan dan wel proberen God aan te spreken op dat door de mens geschapen onderscheid, maar het is niet logisch om een Goddelijke reactie te verwachten als de schepping slechts is en er geen onderscheid is tussen jou als aanspreker en God als aangesprokene. Je spreekt als het ware tegen jezelf. Je bent zelf verantwoordelijk voor de interpretatie van ieder antwoord dat je meent te horen. Er zijn evenveel aanspraken op de waarheid als er mensen zijn. De waarheid ligt zowel open als verborgen in het midden. Truth, beauty and God lie in the eye of the beholder. Dit betekent dat onrecht en waarheid weliswaar relatief zijn, maar desalniettemin is het in de praktijk mogelijk om een werkzame, redelijke waarheid en rechtvaardigheid vast te stellen.

Voor wie vaak geplaagd wordt door ziekte, door natuurgeweld etc. zou het mooi zijn om zich te kunnen richten tot een God met het verzoek om een spoedig einde te maken aan de ellende. Ziekte hoort bij gezondheid en het leven, maar dat is maar een schrale troost. Zeker voor wie weet dat hij zelf niet schuld had aan het overkomen van ellende (ongeluk, erfelijke ziekte) is het verwerken van verlies zwaar. Wat is de zin van hevig lijden, zwaar verdriet en diepe rouw? Gedeelde smart is halve smart. Lotgenotencontact werkt ondersteunend. Iedereen krijgt zijn deel en het is maar goed dat het niet allemaal voor iedereen tegelijk komt, zodat we elkaar afwisselend kunnen steunen en om steun kunnen vragen. Hodie mihi, cras tibi. We hebben elkaar nodig, ook al kan het lang duren voordat we tot dat besef komen. De samenleving is nu eenmaal ingericht om dat moment zo lang mogelijk uit te kunnen stellen. Maar eens in ons leven moeten we onze top erkennen en moeten we stoppen met zoeken naar meer en hoger. Wanneer we dat erkennen, realiseren we ook dat het inschakelen van een hogere macht om dat moment uit te stellen een ijdele wens is. Een ware God laat zich niet voor een karretje spannen, maar geeft iedereen ongezien gelijke kansen. Misschien is het nog wel het zwaarst om te beseffen dat je eerder gedwongen wordt om je verlies te nemen dan een ander. We vergelijken ons nu eenmaal graag met anderen. En waarom ontloopt dat paar zo lang de dans?

Wat nodig is voor het aanpakken van onrecht is moed, geduld en vertrouwen. En vertrouwen (in mensen) verdrijft de angst. Dezelfde angst waarvoor mensen God aanroepen om deze te bezweren.

Zie ook "waarom bestaat er onrecht wanneer er een God is"?

Negatieve en positieve vrijheid

Mensen willen vrij zijn om de dingen te doen waar ze van denken dat ze gelukkig worden. De meesten zijn niet vrij om al hun tijd daaraan te besteden, er moet ook gewerkt worden om de welvaart te ondersteunen. Volgens de Britse filosoof Isaiah Berlin is het overgrote deel van de mensheid bereid om vrijheid in te leveren ten gunste van andere doeleinden: veiligheid, status, welvaart, macht, deugd, beloningen in het hiernamaals; of bijvoorbeeld rechtvaardigheid, gelijkheid of broederschap”.

In de opvoeding van kinderen wordt vrijheid stapje voor stapje toegelaten terwijl hen ondertussen wordt geleerd om die vrijheid te kunnen hanteren en om rekening te houden met de vrijheid van anderen.
Kinderen zijn vrij van al te veel verantwoordelijkheid en zij worden geacht op school zoveel mogelijk tot zich te nemen wat de cultuur en samenleving wil overdragen.
In onze gezonde, volwassen jaren dragen we -als het goed is- bij aan een samenleving waarin we in ruil een deel van onze tijd voor onszelf kunnen besteden aan creatieve zaken, ontspanning etc.. Op het laatst, wanneer we oud zijn, worden we weer afhankelijk van de samenleving, terwijl we weer in relatieve vrijheid kunnen genieten van de laatste levensjaren.

De totale hoeveelheid vrijheid blijft over de jaren gelijk, maar het geluk verschuift in haar verschijningsvorm.

Isaiah Berlin maakt onderscheid in positieve en negatieve vrijheid. Negatieve vrijheid is vrijheid van … en positieve vrijheid om of tot ….
Vrijheid van willekeur, vernedering, censuur en ziekte. Negatieve vrijheid is voorwaarde voor positieve vrijheid. Wanneer je doodziek bent, ben je nauwelijks vrij om te doen wat je wilt. Gezondheid kan worden gezien als vrijheid van belemmerende ziektes. Mijn vrijheid houdt op waar die van een ander begint.
Vrijheid tot kent vele voorbeelden waarvan we denken gelukkig te worden. Te denken valt aan het aangaan van relaties met wie we willen of creatieve bezigheden waarmee we onze talenten inzetten of het geven van onze mening. Voor Berlin gaat het over de mate waarin iemand meester is over zijn eigen bestaan en betrekking heeft op de waarde van gemeenschap, culturele identiteit en culturele zelfbeschikking.
Soms valt negatieve vrijheid samen met tolerantie, dan weer met onverschilligheid. Dit is positief wanneer er niet geoordeeld wordt of niet toegegeven aan verslavende verleidingen, minder fraai is dit wanneer er geen compassie is met mensen en dieren die lijden.
Politiek gezien valt socialisme samen met de vrijheid van om te komen tot vrijheid tot. Bijvoorbeeld de vrijheid van armoede om de vrijheid te hebben tot deelname aan de samenleving. Het liberalisme is altijd bezig om de vrijheid te bevechten om niet belast te worden met de verantwoordelijkheid die anderen proberen te ontlopen.
Beide opvattingen zijn redelijk en de meeste politieke partijen proberen deze brug dan ook te slaan, soms met toevoeging van een eigen element als "religie"; "milieu" of "dierenwelzijn".

Berlin: Twee opvattingen over vrijheid (bol.com).

Paul Teule definieert vrijheid als ruimte. Naarmate de ruimte waarin ik mij kan bewegen groter is, wordt ook mijn vrijheid vergroot.
Om te kunnen doen wat je wilt, moet de ruimte van de vrijheid niet alleen leeg zijn, maar ook gevormd en ingericht. Daarbij hebben we anderen nodig: we moeten onze vrijheid niet alleen op elkaar, maar ook met elkaar veroveren. Vanuit dit perspectief houdt Paul Teule al onze vrijheden opnieuw tegen het licht, met verrassende inzichten over normen en waarden, de vrijheid van meningsuiting, de vrije markt, alcohol en drugs en de vrijheid van Nederland in de EU.

Uit Bres, (Tijdschrift voor) bewustzijn in beweging; themanummer "Vrijheid"; maart-april 2015.
De mens zit al 'gevangen' in de drie voor ons waarneembare dimensies van ruimte en tijd. We hebben nu al moeite met Einstein's begrip 'de ruimtetijd'. De 'vlakmens' ziet de ruimte niet, de driedimensionale mens heeft moeite om de 'hogere', de geestelijke dimensie te zien, die toch al in hem aanwezig is, maar die vaak nog niet of onvoldoende ontsloten is - of die vergeten is, zoals de gnostiek zegt.
In de gnostiek was de mens een geest, verbonden met het goddelijke. De mens wilde daar vrij van komen, incarneerde dus in een aards lichaam en vergat zijn God, die nog slechts als een vonkje in hem leefde. Zo werd de mens juist onvrij. Hij moet de weg weer terug zien te vinden en ontdekken dat het goddelijke niet gelijk is  aan wetten en verboden, maar aan liefde.
Werkelijke vrijheid is innerlijke vrijheid. Deze bereik je door eerlijk, zuiver en aandachtig waar te nemen zonder te oordelen, aldus het boeddhisme. Ook door vrij te komen van je begeerten naar en je gehechtheden aan materie en zelfs die aan mensen. Geniet rustig van momenten van samenzijn, maar zie de ander niet als je bezit. Heb en herdenk rustig je verleden, maar maak je er wel van los. Kijk rustig naar de toekomst maar maak je er niet al te druk om: leef in het nu.

Vrijheid en liefde
Vrijheid en liefde staan los van elkaar en kun je met elkaar verbinden. Het resultaat kan krachtig zijn.

Kwaliteit van leven
Liefdevol Liefdeloos
Vrijheid tot Je mag er zijn en jezelf uitdrukken Je kunt liefde zoeken waar je maar wilt
Vrijheid van Je kunt gaan en staan waar je wilt Je ontbindt; je verstopt jezelf

Het is een paradox: ze zijn onafhankelijk, maar zonder vrijheid geen liefde en zonder liefde geen vrijheid.

Teule: Vrijheid voor gevorden (bol.com).

Agressie door vrouwen of door mannen, is er een verschil?

Over het algemeen zijn mannen vaker betrokken bij fysieke agressie dan vrouwen. Verschillende onderzoeken suggereren dat mannen vaker betrokken zijn bij ernstige vormen van agressie, zoals fysieke gevechten en geweldsdelicten, terwijl vrouwen vaker betrokken zijn bij niet-fysieke vormen van agressie, zoals roddelen, pesten en emotioneel misbruik.
Er zijn echter enkele studies die suggereren dat er geen significant verschil is tussen mannelijke en vrouwelijke agressie, vooral als het gaat om bepaalde vormen van niet-fysieke agressie, zoals verbaal geweld en controle en manipulatie in relaties.
Huiselijk geweld en met name een machtsstrijd wordt in vrijwel gelijke mate gepleegd door mannen als vrouwen. Toch hoor je vrijwel nooit over agressieve vrouwen, laat staan van vrouwen die hun mannelijke partner slaan. De reden is schaamte. Mannen schamen zich om ervoor uit te komen dat zij geslagen worden omdat het weinig mannelijk staat (hij zal wel aanleiding hebben gegeven) en vrouwen schamen hun agressie te erkennen omdat het weinig vrouwelijk staat (en waarom gaat zij niet gewoon weg?).
Het is van oudsher de rol van de man om agressie in te dammen en de rol van vrouwen om agressie niet rechtstreeks te tonen. Nu de man-vrouw-verhouding in de maatschappij steeds gelijkwaardiger wordt, wordt de kans groter dat vrouwen hun agressie direct uiten. Maar de eerste keren zal dat niet erg beheerst verlopen.
Jonge kinderen kunnen oefenen met het uiten van kwaadheid, maar veel meisjes worden beloond voor het inhouden van agressie en juist voor het laten zien van lief gedrag. Daarnaast is het herkennen van agressieve neigingen heel lastig wanneer je meerdere gevoelens tegelijk voelt. Verdriet en kwaadheid, die ongeveer even sterk opkomen, kunnen simpelweg niet tegelijk worden gevoeld. Veel meisjes denken daarom dat zij niets voelen. Vaak gaat dat goed, omdat zij cultureel wel verdriet mogen tonen, want de agressie neemt daarmee ook af. Het wekt de suggestie dat zij iets hebben meegemaakt dat verdriet oproept, terwijl hetzelfde incident bij een jongetje woede zou hebben opgeroepen. Dat verschil is geen door de sexe bepaalde afwijkende reactie, maar een discriminerende, door de cultuur toegestane uitweg.
Volwassen vrouwen die in hun kindertijd weinig geoefend hebben met het uiten van kwaadheid of die sterk afgeleerd hebben om het rechtstreeks te uiten, kunnen in hun relaties vervallen tot extreem agressief gedrag. Wanneer zij een partner kiezen die hun een dominante rol gunnen, kan deze machtspositie verwarring oproepen. Dat gunnen van mannen kan ook een soort passieve vorm van agressie zijn onder het motto “als jij zo graag de baas wil zijn, dan moet je ook maar meer verantwoordelijkheid dragen”. Het gevolg is dat de communicatie en soms ook de taakverdeling in het huishouden niet meer gelijkwaardig is.
Omdat mannen doorgaans fysiek sterker zijn dan vrouwen, zijn ze ook niet zo bang voor agressie. Sommige mannen kunnen zelfs (uit verlegenheid) een glimlach niet onderdrukken, waarmee ze de woede van hun vrouw nog eens extra versterken, want dat wordt gezien als arrogantie of als vermeend superioriteitsgevoel. Helemaal bont maken die mannen het die hun vrouw ook nog eens sexy noemen als zij kwaad zijn. Het windt hun deels op, want de agressie laat soms voor het eerst wel een echt deel van de persoonlijkheid van hun vrouw zien.
Wat te doen als het uit de hand loopt? Er zijn mannen die de politie bellen en hun vrouw geboeid laten afvoeren. Dat kan, en de politie zou het een goed idee vinden, maar er zijn meer wegen naar een vreedzaam Rome. Allereerst moeten de echtelieden zichzelf afvragen of het wel een goed idee is dat zij hun relatie voortzetten.
Zoals Paulo Coelho in Happinez nr 8 2009 stelt. “De laatste tientallen jaren zijn de verwachtingen ten aanzien van het huwelijk als de weg tot zelfverwerkelijking zeer toegenomen. Maar de teleurstelling en de onvrede eveneens”. Coelho vertelt over zijn eigen agressie en zijn verbazing dat mensen zoveel weerstand tegen verandering hebben. Je kunt uiteindelijk (na veel verzoeningspogingen en relatietherapie) altijd nog een einde maken aan een relatie waarin de liefde tot haat is verworden. Maar mensen hebben elkaar niet voor niets gekozen. Zij kunnen juist veel leren van waarom een relatie op een gegeven moment uit de hand loopt. En een nieuwe relatie is ermee gebaat als je iets geleerd hebt van vorige ervaringen.
Het is daarom goed om bij het optreden van de eerste agressie de blik bij jezelf naar binnen te richten en jezelf af te vragen of er parallellen opduiken tussen de relatie van jou en die van jouw ouders of tussen jouw partner en jouw ouder van de andere sekse.
Een inzicht die leidt tot veranderingen in jezelf is de beste voorwaarde tot verbetering van de relatie of voor het vinden van een betere relatie. Daarmee kunnen mannen en vrouwen beiden op zichzelf de balans een stevige duw geven op weg naar vrijheid en gelijkheid.

Alle boeken van Riekje Boswijk-Hummel (bol.com).
Uit de Volkskrant van 2 april 2015.
Pauline Nyiramasuhuko was minister van Gezins- en Familiezaken in Rwanda ten tijde van de genocide in 1994. De in 1946 geboren ambitieuze Hutu-politica was als lid van de toenmalige regering een van de aanstichters van de volkerenmoord op de Tutsi’s. Ze gaf persoonlijk opdracht tot verkrachting van Tutsi-vrouwen alvorens ze werden vermoord en stond er met haar neus bovenop. Ook haar eigen zoon zette ze er toe aan. Ze deelde condooms uit aan soldaten en nam ook zelf een moordwapen ter hand. Tijdens haar berechting ontkende ze haar aandeel in de genocide en beriep zich daarbij op haar sekse; vrouwen doen zoiets niet. Er is gespeculeerd dat ze handelde uit machtswellust én uit angst: haar grootvader was een Tutsi.

Respect voel je aan en moet je leren

Balanceren tussen twee polen

12 november is de dag van respect.
Wie op Internet gaat kijken, vindt weinig wat duidelijk maakt wat de gedachte achter respect is. Dat is jammer, want het begrip respect hoeft niet zo lastig te zijn. Je gaat het pas zien als je het door hebt, zou Johan Cruijff zeggen.

Het begrip respect kan lastig zijn omdat je twee dingen tegelijk moet afwegen. Je moet de balans -van sociaal en liberaal zijn- zien en tegelijkertijd in stand houden. Kom je te dichtbij, bijvoorbeeld vanuit betrokkenheid dan geef je ander te weinig ruimte. Geef je de andere alle ruimte, dan neigt dat naar onverschilligheid of lafheid.
Het balanceren tussen de juiste afstand en betrokkenheid is respect. Het is als elastiek: het verbindt en er zit enige rek in. In tijden van virusinfecties: wat is de juiste afstand om op een gezonde manier met elkaar om te gaan?

Bert Stoop
linkeroog







 Kom je te dichtbij dan mis je het overzicht. Houdt je de juiste afstand aan dan zie je met wie je te maken hebt (de schrijver van dit blog).


Respect houdt altijd een zekere moeite doen in. Je hebt vanuit eigen belang de neiging om te handelen, maar om een of andere sociale reden houdt je jezelf in. Bijvoorbeeld, wanneer een bejaarde de weg oversteekt, probeer je niet rakelings te passeren. Je weet dat je daarmee die bejaarde bang maakt, omdat deze niet snel weg kan komen, wanneer hij/zij zich in gevaar voelt. Het je verplaatsen in de bejaarde is een vorm van betrokkenheid.

Hoe toon je respect?

Om respect het beste over te brengen, zijn er een paar dingen waar je rekening mee kunt houden.

  1. Luister actief naar wat de ander te zeggen heeft en toon oprechte interesse. Stel vragen om verduidelijking en probeer de boodschap van de ander te begrijpen.
  2. Probeer je in te leven in de gevoelens en gedachten van de ander en toon begrip voor zijn of haar perspectief. Dit kan helpen om een gevoel van verbondenheid te creëren en het respect tussen beide partijen te vergroten.
  3. Zorg ervoor dat je duidelijk en respectvol communiceert. Vermijd beledigende of denigrerende opmerkingen en probeer geen onnodige kwetsende taal te gebruiken.
  4. Respecteer de grenzen van de ander en vermijd het overschrijden van persoonlijke grenzen. Dit kan helpen om vertrouwen en respect te behouden in de relatie.
  5.  Laat in je gedrag zien dat je de ander respecteert en waardeert als persoon.

Door deze principes toe te passen in je communicatie en relaties, kun je respect op een effectieve manier overbrengen en behouden.

Hoe breng je respect over aan anderen?

Kinderen respect aanleren gaat het gemakkelijkst door hun gedragsregels aan te leren die simpel zijn en helpt een gevoel te krijgen bij het concept respect, zonder een theoretische verhandeling te houden.
Hoewel kinderen goed kunnen multitasken vinden ze het moeilijk om twee waarheden tegelijk te zien. Het is voor kinderen óf zwart óf wit en niet zwart-wit, maar "in de kleur van je hart", zoals Frank Boeijen zingt. En daarmee drukt hij uit dat woorden soms te kort schieten.

Beleefdheid is aangeleerd gedrag waarin je laat zien dat je rekening houdt met een ander.
Beleefdheid ligt heel dicht tegen respect aan. Daarom is het goed om kinderen beleefdheid aan te leren. Dat helpt hun gevoel voor wat respect is te ontwikkelen. Het kind leert dat je je houdt aan simpele gedragsregels: eerst toestemming vragen aan een volwassene voordat je iets te eten pakt en vervolgens dank-u-wel zeggen.

Politieagenten krijgen vaak te maken met gebrek aan respect door het publiek. Een agent heeft een onpopulaire functie om te begrenzen. Je hoort de agent als mens beleefd te bejegenen, omdat je daarmee jezelf en de agent de vrijheid geeft om zijn sociale functie uit te oefenen.

Een deel van wat respect is, voelen we van nature aan. Vooral wanneer we iets heel graag van een ander verlangen, wordt deze voorbewuste kennis opgeroepen. Bijvoorbeeld, wanneer een man verliefd is op een vrouw, is hij heel betrokken op haar. Wanneer hij dat heel gepassioneerd kenbaar maakt, maar tegelijk haar het gevoel geeft dat zij door toe te geven haar vrijheid of autonomie kwijt raakt, dan zal hij haar nooit kunnen verleiden. Ook in die vorm zal hij niet haar vertrouwen winnen omdat hij geen respect toont.

Wanneer je goed kijkt naar het wezen van respect, dan leer je zien dat het inschatten van de balans van het sociale en het liberale constant gevraagd wordt. En wanneer je je bewust wordt van wat je telkens hebt laten meewegen en ziet dat je telkens het sociale en het liberale tegelijk hebt meegewogen, dan gaat de inschatting steeds sneller en opvallend ongemerkt. En dan is respect vanzelfsprekend.

Vrij naar Esther Perel, vertaald naar duurzaam passionele relaties.
Twee mensen die respectvol met elkaar omgaan ervaren zowel verbinding als vrijheid. Het gaat hier om een paradox die je moet managen. De een heeft meer behoefte aan verbinding, de ander meer aan vrijheid. Maar de vrijheid, het los zijn van de ander is een essentiële voorwaarde voor de wens om betrokken te zijn. Dit is de dialectiek.

Aanbevolen artikelen

Sommige zaken vereisen balans om effectief te kunnen zijn

Concrete en abstracte voorbeelden van evenwicht Wij mensen blijven in balans door tegelijkertijd onze linker helft en rechter helft aan te s...

Ongrijpbare thema's


Veel bijdragen gaan over ongrijpbare begrippen als waarheid, vrijheid en liefde. Door te accepteren dat meerdere gezichtspunten mogelijk zijn, kan voorkomen worden dat er ver- en geoordeeld wordt.

Leeswijzer

Zoals er ook vele wegen naar Rome zijn, bied ik meer ingangen naar mijn artikelen. Er is een overzicht van titels, van steekwoorden en er is een zoekmachine. De artikelen op mijn blog zijn geschreven vanuit een samenhangend geheel
Klik hier voor het overzicht van de laatste titels met telkens een paar inleidende zinnen of alle artikelen compleet van recent tot ouder.
Het vinden van artikelen gaat het gemakkelijkst via de labels, steekwoorden en onderwerpen op de internetversie.

Profiel en privacy

auteurOp mijn persoonlijke website geef ik aan hoe ik de privacy van de bezoekers van mijn sites in acht neem, mede in het kader van de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming).

Op mijn website bertstoop.nl geef ik aan hoe ik in het leven sta en wat de gedachte is achter veel van mijn artikelen. Via die site is ook contact mogelijk en is een overzicht te zien van mijn andere blogs en websites.

Terug naar het begin