Henk Müller is opinieredacteur van de Volkskrant. Hij interviewt associate professor wetenschapsfilosofie Herman de Regt over diens radicaal determinisme. Dat houdt in dat de Regt van mening is dat de vrije wil niet bestaat en dat “iemand die nu een moord pleegt, niet schuldig is”.
Müller. U gelooft niet in de vrije wil en u wilt daarom ook een ander rechtssysteem.
De Regt. 'Klopt, ik ben wat ze in filosofisch jargon een 'harde determinist' noemen, iemand die op basis van onze wetenschappelijke kennis inziet dat de vrije wil een illusie is omdat alle gevolgen een oorzaak hebben'.
De redenatie dat de vrije wil een illusie is omdat alle gevolgen een oorzaak hebben is een drogredenering. De drogreden heet een “non sequitur”. De conclusie volgt niet redelijkerwijs uit de argumenten.
Müller. Ja hè, hè, daar hoef je geen filosoof voor te zijn.
De Regt. 'Oorzaken en gevolgen vormen een lange keten die bij wijze van spreken teruggaat tot de oerknal. Iemand die nu een moord pleegt, is niet schuldig maar staat simpelweg aan het eind van zo'n keten van oorzaken en gevolgen, waarover hij verder niets te zeggen had'.
De drogreden is “Post hoc ergo propter hoc”. Er wordt ten onrechte een verband gelegd tussen 2 opeenvolgende gebeurtenissen. Vanuit het heden is het verleden ver terug te reconstrueren, maar de toekomst is tegenwoordig steeds minder goed te voorspellen. Gebeurtenissen in de toekomst zullen pas achteraf te verklaren zijn als een keten. We kunnen door keuzes te maken verschillende paden volgen, waarbij we die keuzes kunnen laten bepalen door het volgen van wetmatigheden of verzet er tegen.
Müller. Ik vind het ook knap eng dat een hele nieuwe generatie leerlingen met uw ideeën wordt opgevoed: dat mensen geen keuzevrijheid hebben en geen verantwoording hoeven af te leggen.
De Regt. 'In uw krant woedt daar al een debat over en ik noem dat een morele veenbrand. Als die ideeën algemeen worden, zal dat een enorme impact hebben op de manier waarop we mensen straffen, wat we onder verantwoordelijkheid verstaan. Ons rechtssysteem is gebaseerd op de achterhaalde voorstelling dat een mens een vrije wil heeft. Zoals we het gevoel hebben dat de zon ondergaat, terwijl we weten dat het aardoppervlak wegdraait van de zon, zo hebben we het idee van een vrije wil, terwijl we weten dat ons gedrag wetmatig is gedetermineerd. We voelen dat gewoon zo. We weten nog niet waar dat vandaan komt, maar we kunnen wel snappen dat het een illusie is. Hans Klok goochelt meisjes weg, we zijn verbaasd, maar we weten dat het een truc is. Ik wil ons rechtssysteem niet baseren op een illusie, daarom moeten we de grondslag ervan herzien'.
Ook hier een drogredenering, de zogenaamde verkeerde vergelijking. Iemand die van deze drogreden gebruik maakt vergelijkt 2 dingen met elkaar die helemaal niet met elkaar vergeleken kunnen worden, ‘appels met peren vergelijken’. Het vergelijken van het denken over de vrije wil met het denken over het draaien van de aarde om de zon of met een goocheltruc is een verkeerde vergelijking. Het eerste heeft met verantwoording te maken, het tweede niet. En het afleggen van verantwoording is kenmerkend voor de rechtsspraak.
Tot zover het interview. Ondanks de drogredeneringen is de visie van Herman de Regt natuurlijk wel iets om over na te gaan denken.
De boeken van Herman de Regt via bol.com.
Een oplossing voor het zwart-wit denken over het wel of niet bestaan van de vrije wil is om in plaats van “of-of” meer te denken in “en-en”. Je kunt goed beredeneren dat de kans groot is dat een deel van onze beslissingen en gedrag bepaald wordt door onbewuste processen in de hersenen. Maar een kans is per definitie nog geen 100% zekerheid en daarmee een feit of vaststelling.
Belangrijk is ook om onderscheid te maken tussen vrijheid en vrije wil. Beiden spelen niet op hetzelfde niveau.
Tenslotte is er een gelaagdheid te onderscheiden in de motivaties voor ons gedrag. Een deel van ons bewustzijn wordt gevoed door instinct en ander deel door redeneren en weer een ander deel door intuïtie. Een groot deel van de oorsprong van de bewustzijn heeft een lichamelijke component (zelfs genetisch) en klein deel is minder goed te (be)grijpen in taal en tekst.
Tenslotte is het fenomeen dat we ons gemakkelijk kunnen laten beïnvloeden tot onjuiste beslissingen irrelevant voor het wel of niet bestaan van de vrije wil.