Word je gepest? Praat erover!

Effectief pestgedrag tegengaan

Sociaal wetenschapper Linda Duits schrijft in de Volkskrant van 10 november over pesten.
Voor een effectieve bestrijding van pesten moeten we het perspectief van kinderen en jongeren zelf gebruiken.

Concreet betekent dit dat opvoeders - docenten, sportcoaches, makers van lespakketten - moeten gaan praten met pesters. Waarom vonden zij het pesten geoorloofd? Wat gebeurde er precies? Waarom was juist deze persoon het doelwit? Dit betekent ook dat er een veilige omgeving gecreëerd moet worden waarin pesters dit durven te vertellen, zonder dat ze worden weggezet als opperschurk. Het betekent ook dat ouders zich ervan bewust moeten zijn dat hun kind zowel pestkop, meeloper als slachtoffer kan zijn en zich moeten realiseren dat die rollen wisselen. En het is belangrijk dat de resultaten van lespakketten met behulp van pedagogen duidelijk meetbaar worden zodat duidelijk wordt wat werkt en wat niet. Pesten is ingewikkeld. Pestkoppen en gepeste jongeren zijn niet te reduceren tot moedwillige slechteriken en onschuldige slachtoffers. En pesten is al helemaal niet te stoppen door simpelweg te retweeten hoe afschuwelijk het is als iemand zelfmoord pleegt.
Tot zover Duits.

Ex-pester Hans Vullers uit Eindhoven stuurde een ingezonden brief aan de Volkskrant naar aanleiding van de zelfmoord van Tim Ribberink. Volgens de ouders van Tim was pesten de aanleiding voor Tim om uit het leven te stappen. Verslaggever Bert Molenaar twijfelt eraan dat dit de enige reden was en probeerde dit te onderzoeken en stuitte op een muur van stilzwijgen in de woonplaats van Tim. Uiteindelijk blijkt de afscheidsbrief van Tim niet in die vorm te bestaan.

Terug naar Vullers. Hij schrijft het volgende.
Het is een soort sociale survival of the fittest. Je kunt gewoon niet iedereen die er bestaat even leuk vinden en evenveel respect geven. Ik ben het ermee eens dat wat er gebeurd is niet kan, maar het is nou eenmaal zo.
Ik heb zelf ook (mee)gepest en dat was eigenlijk heel raar. Ineens was een jongen uit ons groepje van vier met wie we altijd samen naar de middelbare school fietsten het zwarte schaap. Dat duurde een tijdje en werd stilletjes aan steeds naarder, totdat hij het blijkbaar tegen zijn ouders had gezegd en we met de vier jongens en enkele ouders samen zijn gaan zitten om het te bespreken. Daarna is het even snel als het opkwam ook weer verdwenen.
Vooral door die ervaring en door de wijsheid die met de jaren komt, zou ik als advies aan iedereen die zich gepest voelt willen geven: bespreek het. Dat is de snelste manier om ervan af te komen. Als je de pesters ermee confronteert, kunnen ze wel ontkennen, maar weten ze dat je gelijk hebt. Maar het zal helaas nooit helemaal verdwijnen. Er zullen altijd sulletjes en makkelijke slachtoffers zijn.
Tot zover een deel van de ingezonden brief.

De ouders van Tim waren volledig verrast door de zelfmoord van Tim omdat hij zijn verdriet niet met zijn ouders besprak. De bekentenis van Vullers maakt duidelijk dat er soms maar weinig goede redenen zitten in het overgaan van de grenzen van anderen. Kinderen doen het omdat het kan en niet wordt tegengegaan. Het stellen van grenzen vereist moed om niet bang te zijn de sympathie van anderen te verliezen. De mogelijke winst is respect. En helaas is respect in onze samenleving een thema dat we slecht onder woorden kunnen brengen omdat het oefening vergt. Respect is het spanningsveld tussen betrokken zijn en afstand houden. En de spanningsboog van dat spanningsveld zou eigenlijk onze tweede natuur moeten zijn. Je mag best niet van een ander houden, maar dan hoef je niet naar de andere kant door te slaan door die ander te gaan pesten. Door erover te praten, al is het maar in je hoofd, wordt de balans hersteld. Dit geldt ook voor het zwijgen van de mensen uit de omgeving van Tim Ribberink.

Meelopers, slachtoffergedrag en sympathisanten


Pauline Kleijer bespreekt in de Volkskrant de jeugdfilm Spijt.
“Pesten blijft onverminderd actueel, hoewel je inmiddels een heel filmfestival zou kunnen organiseren rond het thema. Ook het Amerikaanse drama Disconnect, dat deze week in première gaat, en de recente Mexicaanse speelfilm Después de Lucía behandelen het onderwerp. Daarnaast zijn er genoeg oudere voorbeelden, zoals Bully (2001) en Klass (2007), plus talloze films die op zijn minst zijdelings over pesten gaan.

Al die pestfilms volgen min of meer hetzelfde stramien: na aanhoudende pesterijen, waarbij niemand ingrijpt, neemt het slachtoffer - of iemand in diens omgeving - een desastreuze beslissing. Ook tonen de films hoe eenzaam en gruwelijk het schoolbestaan kan zijn, vol te vermijden situaties en plekken. Kleedkamers zijn een nachtmerrie, schoolkamp is de hel.

Dat geldt ook voor Jochem, de te dikke puber uit Spijt (zie video) die elke dag door drie pestkoppen uit zijn klas wordt vernederd. Spijt, naar een jeugdboek van Carry Slee uit 1996, biedt geen vernieuwende inzichten in pestgedrag, maar kiest wel een origineel perspectief: dat van de neutrale buitenstaander. In dit geval David, een jongen die zich het lot van Jochem wel aantrekt, maar niet goed weet hoe hij iets tegen het pesten kan doen”.

En ook